Voor het realiseren van de vrede schieten EU en euro ten enenmale tekort.
Dat de eurocrisis op pijnlijke wijze de zwakte van de Europese Unie heeft blootgelegd, is het logisch gevolg van het feit dat het Europese project van origine geen financieel, maar een ideëel project is. De Europese samenwerkingsgedachte is immers gestoeld op het alom gekoesterde ideaal van “Nooit meer oorlog!”. Voor het realiseren van dat partij- en landsgrenzen overstijgende vredesideaal schieten zowel de EU als de euro ten enenmale tekort. De EU omdat vrede – zowel letterlijk als figuurlijk – nu eenmaal veel verder reikt en dieper steekt dan de grenzen van Europa en de euro omdat deze munt (gelijk alle geld) nu eenmaal doel op zich is en daarmee niet 'kan' dienen als middel tot vrede.
Om de oorspronkelijke ideële Europese samenwerkingsgedachte – de vrede – nieuw leven in te blazen, zal de EU niet terug moeten naar de tekentafel, maar zal dit tekentafelmodel en de daarvan afgeleide euro gezamenlijk op de schop genomen moeten worden door Brussel. Als EU-lid zou Den Haag daartoe de aanzet kunnen geven door – bij monde van onze premier – in het Europees Parlement op bevlogen wijze een lans te breken voor een Brede Maatschappelijke Europese Discussie over een vruchtbare bijdetijdse invulling van de oorspronkelijke Europese gedachte “Nooit meer Oorlog”. Mocht deze Brusselse invulling succes hebben, dan zal dat automatisch een wereldwijde uitstraling tot gevolg hebben, dankzij haar onpartijdige – want ideële – grondslag, met alle positief maatschappelijke consequenties van dien. Uiteindelijk zullen de Verenigde Naties daar wel bij varen, als mondiaal vredesplatform. De tijd is er rijp voor.