| |
Roma opstand in Slowakije redactie - 03.04.2004 02:11
Roma opstand in Slowakije Begin februari kwam de Roma bevolking in Slowakije in opstand tegen bezuinigingen. Nieuw aangekondigde bezuinigingen van de regering zou deze gediscrimineerde bevolkingsgroep hard treffen. Als gevolg van de maatregelen trokken boze Roma spontaan de straat op. Een kleine groep Roma viel supermarkten aan en "plunderden" uit honger en woede de winkels. In de dagen daarop werden ook in andere steden producten gratis uit de supermarkten gehaald. De regering besloot hard op te treden tegen de Roma. Ze stuurden 1600 politieagenten en 650 militairen naar de "probleemgebieden", de grootste politiemacht die op de been werd gebracht sinds 1989. Veel agenten bleken dronken te zijn tijdens hun dienst, wat resulteerde in mishandeling en discrimineerde uitingen tegen de Roma [Amnesty Report]. Voor veel mensen waren de plunderingen een manier om eindelijk eens weer aan normaal voedsel te komen. Veel gezinnen hebben moeite om aan eten te komen. "Waarom zouden ze niet plunderen", stelt een woordvoerder van een Slowaakse NGO. "Ze hebben geen geld. Een hongerige man zal op elke manier proberen om zijn familie van voedsel te voorzien, en zij denken dat het probleem alleen maar erger kan worden". Er waren al grote protesten aangekondigd door het Roma parlement, maar na de onrust besloot men er vanaf te zien. Toch zijn later nog duizenden Roma de straat op gegaan en hebben op vreedzame manier gedemonstreerd tegen het regeringsbeleid Er werden ook op verschillende plaatsen in Europa, waaronder Belgie en Tjechie protestbijeenkomsten gehouden tegen de situatie in Slowakije. Door meer groepen werd er protest aangetekend tegen het optreden van de regering. [ 1 en 2]. Door de bezuinigingen zouden de Roma er nog meer financieel op achteruit gaan, terwijl zij al op de armoedegrens leven. De regering heeft deze bezuigingen ingevoerd om de EU landen tegemoet te komen in hun eisen voor het lidmaatschap van de Europese Unie. Veel Europese landen zijn bang voor een "toestroom" van Oost-Europeanen. Er wordt ook angstvallig gereageerd door westerse media op de open grenzen. Zo werd er in een artikel van de Economist gesproken over "benefit tourists" en vreest men hier voor de werkgelegenheid. Ook andere racistisch tendenzen zijn waarneembaar in bijvoorbeeld Britse kranten waar ze worden afgebeeld als immigranten die "hier heen willen komen om de welvaartstaat uit te melken". Al hun hele geschiedenis worden Roma's gediscrimineerd en vernederd. De laaste tijd is er ook steeds meer sprake van racistische aanvallen op Roma families door extreem rechts skinheads, waar onder andere Human Rights Watch rapport en Amnesty al melding van hebben gemaakt. Kenmerkend voor de aard en omvang van de racisistische vervolging zijn de gedwongen sterilisaties die op minderjarige meisjes worden uitgevoerd. Voor meer informatie: European Roma Rights Center | Roma Press Agency | D?eno Association | Spolu Nederland | Network Roma Project Roma News |
Lees meer over: anti-fascisme / racisme | aanvullingen | | meer aanvullingen | liefke - 04.04.2004 20:46
Meer Roma informatie is te vinden op: http://www.osi.hu/exhibition/links.htm lijst van Oost-europeese Roma zelf hulp groepen en projekten. http://users.pandora.be/amarcord/selys/zigeun01.html verhelderende site over zigeuner onderdrukking in het derde rijk http://www.antenna.nl/romasupport/ Stichting Steunfonds Hongaarse Zigeuners Zigeuner steunfonds is een nederlandse stichting in Hongarije (Miskolc). De stichting is bezig met het vanonder op betrijden van racisme en marganalisatie samen met zigeuners. Miskolc ligt dicht tegen Kosics(slowakije) aan.Gelukkig zijn de problemen in Hongarije iets minder dan die van de roma in Slowakije. Maar desondanks blijven ook hier de problemen fors.
| Sociale explosie in Oost-Slowakije | S. - 05.04.2004 14:39
Eerder verschenen in de Grachtenkrant... Sociale explosie in Oost-Slowakije Wat we onlangs in Slowakije hebben gezien, is hier al in geen tientallen jaren meer voorgekomen. De televisie toonde de hele tijd beelden van Roma-kinderen die voor een geplunderde winkel “Wij willen eten” roepen, of woedende Roma die met flessen en stenen gooien. We zien hoe de politie met traangas schiet, waterka-nonnen inzet en hoe speciale eenheden met automatische wapens de huizen bestor-men van mensen die aan plunderingen of rellen meegedaan zouden hebben. Wat we uit Argentinië, Bolivië, Irak of Haiti kennen, schuift dichter naar de realiteit van de arbeidersklasse in Centraal-Europa dan ooit tevoren. Wanneer we de op dit moment plaatsvindende revolte van de Roma- (en in mindere mate ook niet-Roma-) arbeiders willen begrijpen, moeten we eerst hun situatie bekijken. Hoe komt men van overbodige arbeiders af? Slowakije is geen uitzondering in de wereldwijde pogingen van het kapitaal om de verzor-gingsstaat te ontmantelen, om tijd en ruimte te winnen om zijn crisis te boven te komen. Bij de laatste hervormingen van het sociale stelsel in Slowakije werd er zwaar bezuinigd op de uitkeringen. In 2002 kon een familie van vijf personen nog tot 17.890 Sk (40 Slo-waakse kronen zijn ongeveer één euro) uitkering krijgen, een jaar later was dat nog 13.650 Sk en dit jaar nog maar 6710 Sk. Het gemiddelde maandloon in Slowakije bedraagt 14.000 Sk, maar in 2003 daalde de reële koopkracht. De werkloosheid bedraagt 15,6%, maar de Roma leven voornamelijk in gebieden waar de werkloosheid twee keer zo hoog of zelfs nog hoger is. In veel Roma-gemeentes ligt het bijna bij 100 procent. In Slowakije wonen op een totale bevolking van 5,4 miljoen ongeveer 400.000 Roma. Door de hogere geboortecijfers stijgt hun aantal echter. Door het uitkeringssysteem konden ouders met veel kinderen tot nog toe aan de loonslavernij ontkomen. Zij waren dan welis-waar zeer arm, maar men kon desondanks overleven zonder te verhongeren, vooral door zwart werk, winkeldiefstal, andere kleine diefstallen of door het verbouwen van groenten en het houden van vee in de eigen tuin. Feitelijk hadden de Roma, die bij elke golf van ont-slagen sinds 1989 steeds als eersten buiten stonden en zo gedurende meer dan tien jaar voor een groot deel van de arbeidsmarkt werden buitengesloten, totaal geen andere optie, zelfs niet wanneer ze wilden werken. Men kan zelfs stellen dat een groot deel van de jonge generatie nog nooit loonarbeid heeft verricht. De Slowaakse regering heeft uitdrukkelijk als doel van de hervorming genoemd, dat ver-hinderd moet worden dat de arbeidersklasse “van haar kinderen leeft”. Zo moet ze tot een echt “reserveleger” van arbeidskrachten worden, die genoodzaakt zijn om elk baantje aan te nemen. Op die manier moeten de lonen over het geheel verlaagd worden, wat het land aantrekkelijker moet maken voor buitenlands kapitaal. In het geval van de Roma werkt deze prikkel echter niet. Als men in een omgeving leeft waar de werkloosheid niet onder de dertig procent daalt en men ook op de arbeidsmarkt lijdt onder racistische discriminatie, is het moeilijk om zelfs maar een slechtbetaalde baan te vinden. Daarbij gaan slechts 1,8 % van de buitenlandse investeringen naar de oostelijke regio’s van Slowakije (Preov en Koice), waar de opstand is uitgebroken. Verder is het buitenlandse kapitaal over het alge-meen niet alleen in goedkope, maar ook in gekwalificeerde arbeidskrachten geïnteresseerd, zoals op te maken valt uit de structuur van de investeringen (vooral in de auto-, electroni-ca- en staalindustrie). De Roma zijn overwegend ongeschoolde arbeidskrachten. Daar komt nog bij dat thans de nieuwe, lagere uitkeringen alleen worden uitbetaald op voor-waarde dat men de een of andere taak tot nut van het algemeen verricht (uiteindelijk een soort dwangarbeid). Maar zelfs als de plaatselijke autoriteiten genoeg geld zouden hebben om zoveel arbeiders in dit soort Melkert-baantjes te proppen, als nodig zou zijn, dan kun-nen ze nog steeds niet genoeg van zulke baantjes creëren om alle werklozen te bedienen. Als men al deze factoren samenvat dan komt men makkelijk tot de hypothese dat met betrekking tot de Roma een onuitgesproken doel van de regering eruit bestaat de bevol-kingstoename van overtollige arbeiders te stoppen. En de Roma weten of voelen dat, wat bij elkaar genomen tot een tamelijk explosieve cocktail leidt. Begin februari waarschuwde de Slowaakse geheime dienst voor een mogelijke klasse-radikalisering van de Roma, die met een algemenere ontevredenheid in de arbeidersklasse zou kunnen samensmelten... Beweging van kollektieve onteigeningen De eerste tekenen van toenemende sociale onrust in de oostelijke regio’s van Slowakije doken op 6 februari op. Uit protest tegen de daling van de uitkeringen weigerden mensen uit het dorp Hran in het district Trebiov om hun kinderen naar school te laten gaan. Op 8 februari vond in Pavloce nad Uhom een manifestatie van meerdere honderden Roma tegen de nieuwe sociale wetgeving plaats. Vier dagen later vond een soortgelijke manifestatie van 300 mensen in Michalovce plaats. Roma dreigden openlijk met onteigeningsacties. Tussen 11 en 14 februari werd een Billa-supermarkt in Levoa in totaal vier keer aangeval-len door een groep van meer dan tachtig Roma die levensmiddelen plunderden. De mees-ten van hen hadden slechts een paar broodjes in hun winkelwagentje, maar worsten, vlees en diepvrieseten onder hun jassen. De beveiliging van de supermarkt waarschuwde een patrouille van de gemeentepolitie, maar de plunderende Roma dreigden om wraak te zullen nemen en verklaarden dat ze tot de plunderingen gedwongen waren omdat ze niets te eten hadden. Op 18 februari vond in Vranov nad Topl’ou een gezamenlijk protest van Roma- en niet-Roma-proletariërs plaats, waarbij de mensen nieuwe arbeidsplaatsen eisten. Volgens de officiële statistieken zijn er in de regio 8000 werklozen en slechts 50 vacatures. Het protest keerde zich ook tegen de asociale hervormingen. In de ochtend van 20 februari ontdekte winkelpersoneel in Drahnov aan het begin van de werkdag dat hun winkel geplunderd was. Verdere onteigeningen vonden plaats in Ierna nad Tisou. 40 tot 50 Roma, waaronder kinderen, plunderden voor 40.000 tot 50.000 Sk aan levensmiddelen. Dertien van hen werden opgepakt en aangeklaagd. De volgende dag pro-beerden ongeveer 200 Roma tevergeefs om een winkel van COOP-Jednota in Trhovite (district Michalovce) te plunderen. De filiaalchef sloot de winkel en riep de politie. De plunderaars eisten toegang tot de winkel, om voor niets levensmiddelen mee te kunnen nemen. De orders van de politie werden genegeerd, dus riep deze versterking op van een ME-peleton uit Koice. Daarop verspreidden de Roma zich. Maar ’s avonds kwamen ze weer terug en probeerden om in de winkel in te breken. Helaas werden 33 van hen daarbij gearresteerd. Op 23 februari kwamen meerdere honderden Roma bijeen in het centrum van Trebiov. De politie verklaarde de bijeenkomst illegaal en drong haar uit de binnenstad. Op de terugweg lukte het hen om een winkel te plunderen. Politie-eenheden dreven de Roma terug in hun wijk en belegerde deze. ’s Avonds probeerden 248 agenten om de woedende menigte met waterkanonnen, traangas, schokgolfgranaten en zelfs waarschuwingsschoten uiteen te drij-ven. De Roma antwoordden met flessen en stenen, waarbij twee agenten gewond en twee politieauto’s beschadigd raakten, en riepen leuzen als: “Fascisten!” en “Wij willen eten!” Na een uur waren de botsingen weer voorbij, maar het gebied werd afgesloten. De volgen-de dag vielen dertig Roma, waaronder kinderen, een politiebus aan met stenen. Opnieuw bestormden meerdere honderden agenten het dorp en de Roma vluchtten op de omringende velden. 69 van hen zijn thans aangeklaagd wegens diefstal, openlijke geweldpleging en het aanvallen van agenten. Een Rom becommentariëerde de gebeurtenissen als volgt: “Wij wilden alleen maar duidelijk maken dat onze kinderen honger hebben. De regering geeft ons geen geld en ook geen levensmiddelen en dan sturen ze ook nog de politie op ons af.” Kort daarop werd bekend gemaakt dat de regering besloten had om 600 soldaten naar de onrustige regio te sturen. “Dan wordt het oorlog, wij zijn bewapend!”, zo reageerde een woedende Rom in Trebiov. Op 25 februari plunderden meerdere Roma-vrouwen, -kinderen en een man een winkel in Aklov. De politie arresteerde hen op gewelddadige wijze en verwondde daarbij een klein kind. Gedurende de laatste dagen van februari vond een zichtbare verplaatsing van de plunderingen plaats vanuit het oosten naar het centrum en het zuiden van Slowakije. Het betrof hier echter slechts geïsoleerde gevallen. Daarbij was van belang dat op 24 februari in Zemplin ook enkele niet-Roma arbeiders aan de kollektieve onteigeningsacties deelna-men. Belangrijke veroorzakers van de onrust waren op sommige plaatsen ook de berichten in de burgerlijke media. De protesten, plunderingen en rellen in Trebiov werden daardoor daadwerkelijk aangewakkerd. De aldaar levende Roma ontdekten wat elders aan de hand was en sloten zich spontaan bij de beweging aan. In meerdere andere gevallen kwamen Roma naar supermarkten en verklaarden dat ze levensmiddelen gratis mee zouden nemen omdat ze dat op tv hadden gezien. Repressie en inkapseling Naast de direkte inzet van politie en leger probeert de Slowaakse regering ook om de racis-tische kaart uit te spelen, om zo een generalisering van deze klassenstrijd-beweging te voorkomen. Zo doen ze hun best om de meerderheid van de bevolking ervan te overtuigen dat het niet om sociale onrust gaat, maar om “Roma-onlusten” (minister van binnenlandse zaken Vladimir Palko). Ze beweren ook dat het niet gaat om plunderingen, d.w.z. kollek-tief georganiseerde en uitgevoerde onteigeningen, maar om “gewone misdaden, zoals die elke dag plaatsvinden” (eveneens Palko). Aan de andere kant beweert de regering dat er weliswaar plunderingen plaatsvonden, maar dat deze door woekeraars werden georgani-seerd. Het is echter niet te begrijpen hoe de woekeraars voordeel kunnen behalen aan aan-vallen op de warencirculatie. Er is ook nog een andere kant van de medaille, namelijk de inkapseling van de strijd van de Roma-proletariërs. De minister van sociale zaken Kanik verklaarde dat de regering bereid was om bij de Roma enige concessies te doen bij de hervorming van de sociale wet-geving. Tegelijkertijd werden sociaal werkers naar de conflictgebieden gestuurd, om de Roma te leren dat het plunderen een slechte oplossing met catastrofale gevolgen is. In Novaany bij Koice waren Roma sinds 22 januari, toen hun houten barakken afbrandden, dakloos. Op 24 februari kregen zij van de regering plotseling nieuwe noodwoningen. Op 25 februari ondertekende de burgemeester van het dorp Trhovite een overeenkomst met het arbeidsburo in Michalovce over het creëren van banenpool-plaatsen voor de werkloze plaatselijke Roma-gemeenschap, die aan de plunderingen had deelgenomen. Deze lijst van voorbeelden van inkapselingspogingen zou nog veel langer kunnen zijn. Een kritieke rol bij de repressie en inkapseling heeft ook de Roma-middenklasse en haar politieke vertegenwoordiging gespeeld. In eerste instantie riep het Roma-parlement van de Slowaakse republiek op tot een nationale protestdag op 25 februari. Er waren zelfs blokka-des van spoorlijnen en grensovergangen gepland. Toen de klassenstrijd echter intensiever en oncontroleerbaarder werd, bliezen ze weer de aftocht en verklaarden dat hun idee “mis-bruikt” werd. En zo begonnen ze dan om tot de afzegging van de protestdag op te roepen, evenwel zonder resultaat. Op veel plaatsen kwam het tot demonstraties, maar deze bleven overwegend vreedzaam, zonder plunderingen en rellen. Ook de Roma-raad van Slowakije verklaarde dat het tijd was om de protesten te beëindigen, want: “Dit is niet de juiste weg”. Bovendien boden ze de politie hun hulp aan bij het neerslaan van de protesten in het oosten en stelden gezamenlijke patrouilles van Roma en politie voor. Hoe verder? Op het moment ziet het ernaar uit dat de situatie tot rust is gekomen. De harde repressie heeft de Roma er tot nog toe van afgehouden verdere directe massa-acties te ondernemen. Dit wegebben van de acties en het feit dat de beweging slechts een gering politiek bewust-zijn heeft ontwikkeld, maakt het wellicht makkelijker om haar weer in te kapselen. Het is de beweging niet gelukt om zich uit te breiden naar de grotere steden. In Koice, het cen-trum van de oostelijke regio, leeft bijvoorbeeld een sterke Roma-gemeenschap, die de laat-ste dagen overwegend passief bleef. Aan de andere kant kon de beweging in enkele gevallen het diepgewortelde racisme tegen de Roma overwinnen. Vooral tijdens de vreedzame protesten op 25 februari demonstreer-den Roma-proletariërs samen met enkele “witte” arbeiders, die zich uitspraken voor de kollektieve onteigeningsacties (bijv. in Humenné): “Ze hadden dat allang moeten doen.” Of: “We zijn niet verrast door hun acties, want zo kan men toch onmogelijk leven.” Eén ding schijnt duidelijk te zijn: het kapitaal en zijn regering kunnen dit probleem niet oplossen, net zoals ze hun crisis niet op kunnen lossen. Als het hun lukt om deze beweging te onderdrukken, stelt dat de dag van de afrekening slechts uit. Solidaritan Noot van de vertaler: Slowakije wordt vanaf 1 mei volwaardig lid van de Europese Unie. Voor wie zich nog illusies maakt over het sociale gehalte van de nieuwe superstaat EU, zij opgemerkt dat zich aan de randen reeds hongeroproeren afspelen. Vertaald uit het Duits van Wildcat: www.wildcat-www.de - die het op hun beurt van de site van de Tsjechische groep Solidarita hebben gehaald: http://alarm.solidarita.org S.
| |
aanvullingen | |