| |
Het beloofde land Theatercriticus - 03.07.2004 12:02
De actualisering van het Christusverhaal en het Israëlisch-Palestijns conflict. De voorstelling 'Het Beloofde Land' vormt voor het publiek een 'feest van herkenning'. De bekende verhalen uit het leven van Jezus de Nazarener zijn op eigenzinnige en historische wijze verwerkt. Van de geboorte in Bethlehem via de timmermanswerkplaats in Nazareth en de intocht in Jeruzalem naar de kruisiging op Golgotha. De belangrijkste personages uit het Nieuwe Testament een geactualiseerde en moderne invulling gekregen. Jezus van Nazareth wordt in de eerste nacht van de 6-daagse oorlog (1967) in de Arabische stad Bethlehem geboren. Zijn vader is een Palestijnse onafhankelijkheidsstrijder en zijn moeder een Joodse studente met een roeping. Enkele uren na zijn geboorte arriveren de Israëlische tanks uit Jeruzalem in Bethlehem. Jezus groeit op als timmermanszoon in Nazareth en besluit dat hij een boodschap heeft te verkondigen aan zijn volk. Als vredesactivist trekt hij te voet door het door oorlog en strijd verscheurde Israël/Palestina. Zijn oom, Sharon, houdt hem nauwgezet in het oog. Jezus volgt het spoor van het Nieuwe Testament naar zijn finale bestemming. Zijn vader Jozef komt uit een Palestijnse timmermansfamilie in de Arabische stad Nazareth in het Noorden van Palestina. Na de oprichting van de Joodse staat Israël, wijkt zijn familie uit naar Bethlehem op de Westbank. In de jaren 60 sluit Jozef zich aan bij een Palestijnse verzetsgroep. Hij sluit een geheim huwelijk met de Joodse studente Maria, waaruit een zoon geboren wordt. Maria, de moeder van Jezus, is van Joodse familie en ging een relatie aan met de Arabische Palestijnse verzetsstrijder Jozef. Maria heeft zich hierdoor de schande van de familie op de hals gehaald. Gaandeweg het verhaal wordt duidelijk dat Ariël Sharon haar broer is en daarmee de oom van Jezus van Nazareth. Voorwoord van de regisseur Het toneelstuk ‘Het Beloofde Land’ raakt aan één van de diepste taboes van de Nederlandse samenleving sinds de oorlog, namelijk het schuldgevoel over de holocaust en de Nederlandse solidariteit met de staat Israël. De voorstelling laat het resultaat zien van een politieke en religieuze excursie die in de Nederlandse politieke cultuur decennialang politiek fout was. Hoewel kritiek op de Israëlische bezetting van de Palestijnse gebieden de afgelopen tien jaar mondjesmaat geoorloofd lijkt, is de tolerantie over dit onderwerp toch begrensd. De zeer agressieve reacties op de Palestijnse vlag aan het balkon van Gretta Duisenberg zijn tekenend voor de diepe emoties en frustraties, maar ook voor de schijnheiligheid. De tekst van ‘Het Beloofde Land’ beweegt zich op nog gevaarlijker terrein omdat het speelt met de wortels van de Joodse en Christelijke godsdiensten en de heilige geschriften. Hoe ver kan je gaan in Nederland? Hoewel ik de kans klein acht dat het stuk verboden wordt en ook hoop dat eenmaal gemaakte voorstellingsafspraken worden gerespecteerd, hebben wij wel moeten aanvaarden dat oude partners afvielen. Niet om reden van de artistieke twijfel, maar omdat ze niet verbonden wilden worden met de politieke lading van dit stuk. Nederland zou een voorbeeld zijn van tolerantie en verdraagzaamheid. Het land waar alles kan en waar zeker kunstenaars alles zouden kunnen schrijven, spelen of tentoonstellen. Sterker nog: waar de vernieuwende kunst en het progressieve politieke engagement kan rekenen op een warm welkom. Waar de geëngageerde kunstenaar gekoesterd wordt en alle medewerking krijgt. Ik zeg u dat dit zelfingenomen zelfbeeld niet overeenkomt met de onderliggende werkelijkheid. Ik zeg u dat Nederland vol is van sluipende censuur. Ik zeg u dat alles dat niet tot het politiek correcte hoort misschien niet openlijk verboden wordt, maar het object is van een sluipende, bijna onzichtbare tegenwerking en uitsluiting. In sommige gevallen is die politieke uitsluiting expliciet en op zichzelf begrijpelijk. Bijvoorbeeld de KMA in Breda hadden wij een verzoek gedaan om op het prachtige renaissanceplein van ‘het Kasteel’ een serie voorstellingen te spelen. Een afspraak volgde met de gouverneur–generaal en toen ik het klassiek ingerichte kantoor binnentrad werd ik verwelkomd met de volgende woorden: ‘Meneer Gietelink, ik zeg het u direct. U heeft uitstekende referenties. Er ligt hier een brief van de directeur van het Chassé-theater en ook mijn collega van de Koninklijke Marine is zeer lovend over u en uw groep, maar er is een probleem. U zou hier welkom zijn, maar wij kunnen geen medewerking geven aan dit stuk’. Ik slikte. ‘Hoe bedoelt U?’ ‘Ik heb het concept gelezen en het handelt over een politieke brandhaard waar ook de Nederlandse defensie bij betrokken kan raken. Ik kan u al zeggen dat de top van defensie in Den Haag dit voorstel zal afkeuren. Ik heb dat ook tegen de commandant van de Zeemacht Nederland in Den Helder gezegd en ik verzeker u dat ook de Marine niet zal meegaan’. Dat was zeer slecht nieuws. Ik besloot het initiatief terug te nemen. ‘Begrijp ik u goed? Wanneer wij met een Shakespeare zouden komen dan werkt u mee. Wanneer u in 2005 met wat dan ook komt bent u hier welkom. Het gaat over de politieke inhoud van uw voorstel nu. Enkele weken later vernamen wij dat Defensie inderdaad had besloten geen medewerking te verlenen. Daarmee verviel ook de optie om op te treden tijdens de vlootdagen in Den Helder. Er waren meer afzeggingen. De Lutherse kerk in Den Haag had reeds informeel toegezegd, maar het kerkbestuur haakte af toen ze via onze website de inhoud vernam. Enkele locaties vonden dat een dergelijke politieke inhoud niet bij hun profiel paste en met enkele schouwburgdirecteuren zijn scherpe gesprekken geweest over de politieke inhoud van het stuk. Politiek controversieel theater maken is een moeilijke zaak in Nederland. Het probleem van de politieke vrijheid van de kunstenaar ligt in de begrenzing van de middelen. De senior stafleden van het VSB-Fonds en het Fonds 1818 gaven het stuk allebei een positief advies mee, maar waarschuwden voor de mogelijk politieke reacties van het bestuur. Het is natuurlijk het goed recht van iedere organisatie om niet te participeren in een politiek gevoelig toneelstuk, gevoeliger ligt het wanneer Rijksfondsen hun oordeel afhankelijk maken van de vraag of de inhoud van de voorstelling naar hun mening ‘politiek correct’ is. Het ernstigste geval van sluipende censuur speelde bij de commissie theater van het Fonds Amateurkunsten en Podiumkunsten (FAPK). Het fonds dat zichzelf ziet als een soort beschermheer van kwetsbare initiatieven en ontwikkeling blijkt in de praktijk de hoeder van de ‘correcte artistieke en politieke codes’. Zij onderbouwde haar negatief advies met expliciet politiek afwijzende formuleringen. De opzet van script zou ‘gewrongen’ zijn en ook ‘wordt de Joods-Palestijnse problematiek naar haar mening te zeer gesimplificeerd’ Dat is het soort formuleringen die Sovjetkunstenaars van hun cultuurkamers te horen kregen wanneer zij meningen verkondigden, die buiten het domein van het ‘politiek correcte’ lagen. Niettemin waren er dit jaar vijftien schouwburgen, twaalf locaties en dertien financieringsbronnen bereid om mee te werken in ‘Het Beloofde Land’project. Feit blijft dat de realisatie van dit project door haar controversieel politieke inhoud beduidend moeizamer verliep dan vorige jaren en dat geeft te denken. Website: http://www.abgietelink.nl/ |
Lees meer over: kunst, cultuur en muziek | aanvullingen | | |