| |
De echte opstanding h. - 29.09.2004 22:03
niks Een tempel, niet gemaakt door handen Jezus heeft het steeds over de laatste tempel. Als je het zo leest moet dat wel een hele grote tempel zijn waarin hij zich manifesteert aan de hele mensheid: Haggai 1:2-9, Haggai 2:3-9. Ik weet nu dat Jezus iets heel anders bedoelt. Hij bedoelt niet een tempel die met handen wordt gebouwd maar het lichaam van Christus zelf met hemzelf aan het hoofd. Leven in opstanding Er is een groep van heiligen die nu al deelt in de erfenis van Christus. God heeft Jezus aan zijn rechterhand geplaatst in de hemel tot al zijn vijanden aan hem zijn onderworpen. Daar blijft hij, tot er een volk verrijst dat in haar belofte in de Heilige Geest gaat en over alle tegenwerkende krachten regeert van het vlees en de duivel. Ik doel hiermee op de christenen die NU al in Christus leven, deel hebben in het priesterschap van Melchizedek en die het vlekkeloze, heilige leven van Christus zelf leven door zijn aanwezigheid in hen. God is gebonden door zijn woord en eed maar niet door historische procedures of menselijke maatstaven zoals deze: "De mens zal maar 1 keer sterven." Maar zelfs al is de dood een algemeen iets, toch was God in staat om Enoch op te nemen zodanig dat hij niet stierf, OMDAT ANDERE HEILIGEN HIERIN GELOOFDEN. Ook hield de natuurwet van de dood God niet tegen om Eliah op te nemen in de hemel in een wervelwind: 2 Koningen 2:11. Net zomin zou de dood God ervan kunnen weerhouden Johannes de Doper na 2000 jaar weer tussen ons in te plaatsen. Dit soort vreemde gebeurtenissen zijn niet onze zaak om over te oordelen, noch in strijd met God's woord. Immers, als hij iets nodig vindt, dan doet hij dat. Jesus heeft beloofd iedereen op te wekken in de laatste dagen die in zijn naam geloven. Maar dat weerhield hem er niet van Lazarus vroegtijdig op te weken tijdens zijn aardse leven. Of om Mozes even weer op te wekken zoals in Judas 9. Ook liet God zich niet tegenhouden om de graven te openen en de heiligen tot leven te wekken en naar de stad te laten komen om aan vele getuigen te verschijnen. God is vrij om uit de dood op te wekken wie hij wil, te leven in wie hij wil, als iemand daarvoor geloof heeft. Overigens wordt dit geloof ook weer door hem in het hart gelegd. JESUS CHRISTUS, DE OPSTANDING EN HET LEVEN De opstanding ten leven is niet een vage historische gebeurtenis in de toekomst. Maar de opstanding en het leven is een persoon en niemand minder dan Jezus Christus die in ons hart ronddoolt. Hoe hard riep hij niet bij Martha en Maria aan het graf van Lazarus en zocht hij naar geloof in hun harten om in hem te geloven. Maar zij zouden niet verder komen dan in FEITEN over hem te geloven in plaats van in hem zelf te geloven: "Ik weet dat hij weer op zal staan ... Ik geloof dat u de zoon van God bent..." Maar de hele tijd wilde Jezus dat ze geloofden dat hij de gene was die "Ik Ben" het antwoord op hun directe nood. Een historische opstanding? Natuurlijk willen christenen daarin geloven. Maar in Christus, de Messias zelf? Waarom zouden ze dat geloven? Maar helaas is de eerste vorm van geloof niet in staat om christenen in het volle zoonschap te brengen en tot een Goddelijk leven in het hier en nu. Martha en Maria belijdden hun geloof destijds in het feit dat Lazarus aan het einde der tijden zou worden opgewekt. Maar Jezus was hun voor en zei: "Ik ben de opstanding en het leven." Opstanding en leven zijn dan niet meer de attributen van de opstanding en gebeurtenissen die plaatsvinden in de toekomst. Maar opstanding en leven worden ook hier en nu toebedeeld aan de heiligen. Jezus zegt: "Ik ben de opstanding en het leven: hij/zij die in mij gelooft zal, hoewel hij geestelijk dood was, vanaf nu leven. En dat was precies wat er met Lazarus gebeurde. Hij kon weer leven omdat hij toen hij doodging in Christus geloofde. Dus wie in Jezus gelooft zal nooit sterven. Het is duidelijk dat veel christenen dit niet geloven: Joh. 11:25,26. Misschien geloven we het theoretisch maar niet uit eigen belevenis. Uit geloof is alles mogelijk. Enoch en Elia zijn voorbeelden. Zo ook de huidige christenen. Het geloof zal in hun harten komen en ze zullen al in dit leven de opstanding en het leven hebben. Zo niet, dan zal Christus nooit naar de aarde terugkeren. God zei immers: "zit aan mijn rechterhand tot ik je vijanden tot je voetenbank maak." En de laatste vijand is de dood. DE KOMST VAN CHRISTUS Door de eeuwen heen is er een grote misvatting geweest in het christendom over de komst van christus. Het woord "komst" in het NT slaat eerder op de aanwezigheid van Christus dan op zijn daadwerkelijke komst in de zin van een handeling: 2 Petrus 1:16-17. Hier beschrijft Petrus de bezoeking van God op de berg als de "komst" en wel als de aanwezigheid van Christus. Maar Christus was toen al in het vlees gekomen; de 4 mannen waren de berg al opgegaan maar toch was er blijkbaar een komst van de Here die nog niet bekend was. Daarom zegt Petrus: wij zijn geen fabels nagevolgd toen we de kracht en komst van Christus aan u hebben verkondigd maar we zijn ooggetuigen geweest van zijn majesteit. Want hij heeft van God de vader glorie en heerlijkheid ontvangen toen die stem opeens uit de hemel kwam; "Dit is mijn geliefde zoon." Van belang is hier dat Petrus de kracht en komst van Christus associeert met God's glorie die in het uur van Christus' transfiguratie verscheen. Uiteindelijk is het Jezus zelf die verklaart dat deze bezoeking van de glorie in werkelijkheid het echte Koninkrijk van God. Op drie plaatsen waar deze scene voorkomt volgt de opmerking: "maar ik zeg u dat er hier mensen staan die de dood niet zullen zien voordat ze het koninkrijk van God hebben gezien": Lukas 9:27. Matheus beschrijft de gebeurtenis als de Mensenzoon die in zijn koninkrijk komt: Matt. 16:28. Markus schrijft: het koninkrijk Gods komt met kracht: Markus 9:1. En Petrus combineert de twee verklaringen met: de kracht en komst van Christus. Heb je deze verschijning ervaren? Heb je zijn aanwezigheid gevoeld? Dan behoor je tot die groep die nu al haar erfenis en opstanding in Christus leeft. God heeft Jezus aan zijn rechterhand geplaatst net zolang tot al zijn vijanden aan zijn voeten liggen. Daar zal hij blijven tot er een groep mensen opstaat die in haar erfenis in de heilige geest gaat en over alle wereldse krachten en kwade illusies regeert. We hebben het hier over de heiligen die NU al in hun aardse tempels in het leven van Christus delen en hun erfenis ontvangen. En die nu al deelnemen in het priesterschap van Melchizedek en het heilige leven van Christus door zijn aanwezigheid diep binnen in hen. Amen. |
aanvullingen | | |