| |
Vier nieuwe Borssele's tegen klimaatprobleem? WISE Amsterdam - 16.02.2005 11:35
Discussie rond openhouden kerncentrale Borssele door Haagse politiek weer tot voorpagina-nieuws gelanceerd! WISE blijft voor sluiting! In een zojuist uitgebracht rapport van WISE toont de organisatie dat kernenergie niet de oplossing is voor klimaatverandering. Vier nieuwe Borssele’s tegen klimaatprobleem? Amsterdam, 15 februari 2005 - Als we in Nederland vier nieuwe kerncentrales bouwen van het type Borssele, hebben we het aandeel CO2 -emissies van elektriciteit teruggebracht tot Kyotoniveau. Dat schrijft energie-organisatie WISE in haar vandaag verschenen rapport “Terug via de achterdeur. Kernenergie als oplossing voor klimaatverandering?”. Maar het is onwaarschijnlijk dat dit haalbaar is voor het einde van de Kyoto-commitmentperiode, want de bouw van een kerncentrale duurt gemiddeld 10 jaar. Bovendien is het financieel inefficiënt: voor hetzelfde geld levert windenergie meer elektriciteit én meer werkgelegenheid op. En kernenergie blijft gewoon vies: er vindt veel indirecte CO2-emissie plaats en het probleem van het nucleaire afval is nog altijd niet opgelost. In het kader van haar project Herbezinning Kernenergie heeft WISE (World Information Service on Energy) de argumenten voor kernenergie als oplossing van het klimaatprobleem tegen het licht gehouden. De voordelen blijken zeer gering, zeker gezien het feit dat andere mogelijkheden om emissies te besparen veel meer opleveren. “We doen veel te weinig om duurzame energie te stimuleren en slim te besparen” aldus Peer de Rijk van WISE. “Wel wordt steeds vaker gezegd dat kerncentrales goed voor het klimaat zijn. Wij hebben uitgezocht of CO2-besparing met kernenergie überhaupt kan, en ook wat daarvan de gevolgen zouden zijn. Als de hele wereld nu over zou stappen op kernenergie voor haar elektriciteitsvoorziening, zou de voorraad uranium binnen 3 à 4 jaar uitgeput zijn.” Volgens WISE is kernenergie duur. Dat komt niet terug in de elektriciteitsprijs omdat veel kosten op de overheid worden afgewenteld. Dat geldt met name voor kosten van ontmanteling, verzekering en opslag van radioactief afval. Als deze kosten volledig in de elektriciteitsprijs worden opgenomen, hetgeen in een geliberaliseerde energiemarkt steeds meer zal gebeuren, wordt de prijsvergelijking tussen kernenergie en hernieuwbare energiebronnen zoals zon en wind zeer positief voor de laatste. Bovendien is de bouw van kerncentrales duur, onder meer omdat veel veiligheidsmaatregelen nodig zijn. Ondanks deze veiligheidsmaatregelen zijn de risico’s van technische en menselijke fouten, van nucleaire proliferatie en van een terroristische aanslag op een centrale niet uit te sluiten. Indirect veroorzaakt kernenergie veel CO2-emissies, omdat het productieproces veel energie vereist, vooral bij uraniumwinning en verrijking. Naarmate de uraniumvoorraad slinkt worden armere ertsen gevonden en neemt het energiegebruik van kernenergieproductie toe. Investeren in hernieuwbare bronnen zoals zon en wind levert dus zeker op middellange termijn veel meer emissiereductie op. WISE komt tot de conclusie dat de bijdrage van kernenergie als oplossing voor het klimaatprobleem niet duurzaam en niet rendabel is. Het rapport “Terug via de achterdeur. Kernenergie als oplossing voor klimaatverandering?” is de eerste in een serie onderzoeksrapporten die WISE dit jaar zal publiceren. Het rapport is gratis te bestellen bij WISE, postbus 59636, 1040 LC Amsterdam, wiseamster@antenna.nl. E-Mail: wiseamster@antenna.nl Website: http://www.antenna.nl/wise |
Lees meer over: natuur, dier en mens | aanvullingen | | . | . - 16.02.2005 12:27
interessant! "Bovendien is het financieel inefficiënt: voor hetzelfde geld levert windenergie meer elektriciteit én meer werkgelegenheid op" Hier verbaas ik me over, zou je dit kunnen aantonen met berekeningen of iets dergelijks? Mijn dank is groot! J. | bestel rapport | brt - 16.02.2005 12:50
Voor J: Als je de tekst goed leest staat er dat er zo juist een rapport is uitgebracht, dat gratis is te bestellen. Hierin wordt aangetoont dat kernenergie niet de oplossing is. Ongetwijfelt met berekeningen. | jammer | j - 16.02.2005 13:27
beetje jammer alleen dat het blijkbaar niet gewoon van het net te downloaden valt.. toch weer een drempel voor geintereseerden. J.
| Niet objectief | Mark - 16.02.2005 13:29
Het klinkt allemaal leuk en aardig dat artikel hoor, maar dat het raport een bewijs is voor het artikel lijkt me sterk. vooral omdat het artikel gewoon een korte beschrijving van het wat en hoe van het rapport is. Laat staan dat een organisatie met zo'n duidelijke stellingname over kernenergie in staat is om een objectief rapport te schrijven.
| misschien via de mail | brt - 16.02.2005 14:00
@ J. Misschien kunnen ze het mailen, ze hebben vast wel een digitale versie. @Mark: Waarom zou een organisatie met een duidelijke stellingname niet objectief kunnen zijn? Die stellingname moet je toch ook kunnen onderbouwen? Ik zeg overigens ook niet dat het rapport een bewijs is, maar ik veronderstel wel dat er in het rapport wordt verwezen naar wetenschappelijke publicaties die bevestigen dat kernenergie geen oplossing is.
| Een relativerend verhaaltje over energie | koers - 17.02.2005 09:10
Een relativerend verhaaltje over energie. Lees: http://home.planet.nl/~staveren/ Windenergie: Een moderne windmolen heeft een vermogen van 1,5 megawatt. (= 1500 kilowatt). Dat is gelijk aan het vermogen van 20 auto’s. (de Opel “Astra” bijvoorbeeld, heeft een motor van 74 kilowatt). Bij Siemens aan de A12 (bij Zoetermeer) staat zo’n molen. (tot nu toe de grootste van Nederland). De ashoogte van deze molen is 85 meter en de wiekdiameter is 70 meter. Het hoogste punt, dat door de wieken wordt bereikt is dus 120 meter. De opbrengst van deze molen is ongeveer 3 miljoen kilowattuur per jaar. Voldoende voor de elektriciteitsvoorziening van 888 huishoudens. (dus exclusief verwarming, warm water, koken en het gebruik van de auto). De opgewekte energie van een windmolen is evenredig met de 3e macht van de windsnelheid. Als het ”halve” kracht waait, is de energieopbrengst nog maar 1/8 deel van de opbrengst bij “volle” kracht. De produktiefactor (= werkelijke opbrengst / theoretische opbrengst) van een windmolen op land is ca. 23%. Op open zee is dit ca. 40%. Volgens een persbericht op 13-01-2004 zal eind 2005 een windmolenpark bij IJmuiden in de Noordzee zijn gerealiseerd. ?? Dit omvat dan 60 windturbines van 2 megawatt elk. De opbrengst zal voldoende zijn voor het elektricteitsverbruik van 124.000 huishoudens. In het jaar 2002 werd in Nederland 0,910 miljard kilowattuur windenergie opgewekt. www.energie.nl Het totale elektriciteitsverbruik was 100,67 miljard kilowattuur. www.eia.doe.gov/pub/international/iealf/table62.xls Het aandeel windenergie was dus 0,90%. Dat schiet (nog) niet erg op, want de toename van het elektriciteitsverbruik in Nederland is gemiddeld 3% per jaar. (sinds 1990). www.eia.doe.gov/pub/international/iealf/table62.xls Men kan het momentele vermogen van de windmolen bij Siemens opvragen via een SMS bericht. Toets in: MEET en verzend dit bericht naar tfnr. 0647358134 Windenergie zal nooit een belangrijke rol bij de elektriciteitsopwekking voor het openbare net kunnen spelen. Nog afgezien van grote praktische problemen, zoals onderhoud van windparken in volle zee, is de levering van windenergie van nature onderhevig aan grote en vaak snelle fluctuaties. Omdat het niet altijd (hard) waait, is de produktiefactor in het gunstigste geval (op zee) 40%. Dat betekent dus, dat er in 60% van de tijd geen of heel weinig windenergie wordt opgewekt. Daarom zal de bestaande infrastructuur voor electriciteitsopwekking voor 100% gehandhaafd moeten blijven. Met windenergie zou eventueel waterstofgas geproduceerd kunnen worden. Het rendement van de gehele keten: windenergie --> waterstofgas --> brandstofcel --> elektriciteit, levert een rendement op van 12%, waarbij het eindprodukt gelijkstroom is. Vergelijkbare problemen doen zich voor bij grootschalige produktie van zonne energie. | Haalbaarheid windenergie | speedfreak - 19.02.2005 17:04
En van iemand waarvan ik aanneem dat ie er meer zicht op heeft dan de gemiddelde indymedia-bezoeker die op basis van vermoedens werkt: Windmolens, feiten en ficties Door Ir. J. A. Halkema Publicatiedatum: 01-02-2002 Hans Halkema studeerde elektrotechniek aan de toenmalige Technische Hogeschool in Delft. Dertig jaar lang werkte hij bij Brown Boveri Nederland, thans abb, in de energietechniek, -opwekking en -distributie. Als directielid was hij er verantwoordelijk voor verkoop, ontwerp, fabricage en montage. Het boek is in die ene zin op de allereerste bladzijde samen te vatten, namelijk dat door het achterhouden van wezenlijke gegevens de bedoeling van de bevorderaars duidelijk wordt: men wil het publiek misleiden. Hoe doelmatig is een windmolen? Halkema: Een windmolen is tegenwoordig vaak een zeer ingenieuze machine, maar hij moet zijn energie halen uit een energie-arm en vluchtig medium, 1,22 kg/m3, dat zich bij windkracht 7 met slechts 54 km/uur voortbeweegt. Tot overmaat van ramp is zijn vermogen evenredig met de derde macht van de windsnelheid, wat wil zeggen dat die bij halve snelheid daalt tot 1/2 x 1/2 x 1/2 ofwel 12 procent en bij een-derde tot minder dan 4 procent, waardoor een groot aantal dagen per jaar helemaal geen stroom opgewekt zal worden. Bij de aanschaf moet echter voor zijn maximale vermogen betaald worden. Een ander zwak punt van windenergie is, dat er alleen bij windkrachten tussen 4 en 7 à 8 Beaufort stroom opgewekt zal worden. Boven deze windsterkte gaat een molen buiten bedrijf. Een forse windmolen zal derhalve niet méér vermogen opleveren dan de motor van een middenklasse-auto of, niet zelden, een redelijk grote motorfiets kan opbrengen. Ik denk dat de voorstanders ook dit nooit zullen vertellen. De officiële cijfers staan in mijn boek: het effectieve vermogen, dus de productiefactor maal het geïnstalleerde vermogen, van 36 windparken met 442 turbines in het jaar 1997 bedroeg slechts 28040 kilowattjaar ofwel 16 procent. De productiefactor geeft in procenten van het maximale vermogen het gemiddelde vermogen aan waarmee geproduceerd wordt. Hij varieert in Nederland, afhankelijk van de standplaats, tussen de 20 en 25 procent met een enkele uitschieter naar 28. Onze windmolens zijn dus maar voor één-vijfde deel van hun Vermogen effectief werkzaam en vaak voor nog minder. In 2010 moeten 80 windmolens in het Rijmondgebied 120 megawatt leveren. Dat klinkt indrukwekkend, maar effectief zal dat slechts 24 MW zijn. Voor dit project schermt men echter, zie nrc Handelsblad van 15 januari jl, met groene stroom voor bijna 100.000 huishoudens. Jammer alleen, dat zo’n «huishouden» geen enkele technische waarde aangeeft, waardoor dat nooit de controleren zal zijn. Bovendien heeft een gemeenschap nog ook bedrijven, instellingen, tankstations, polder- en rioolbemaling. Ook minister Jorritsma is sterk in het door elkaar haspelen van maximale en effectieve vermogens. Zij schreef mij eens dat die gelijkstelling ingeburgerd en handzaam is en daarmee bedondert ze ons dus. Een laatste aspect is het onderhoud. In het MER-rapport van het project Delfzijl-Zuidoost spreekt men van twee tot twaalf revisiebeurten per jaar per windmolen. Wanneer wekken die dingen dan stroom op? Hoeveel energie kan men in Nederland met een flinke windmolen opwekken? Halkema: Nog geen tienduizendste deel van wat één redelijk grote machine in een elektrische centrale kan presteren. De betrekkelijk kleine kerncentrale van Borsele kan, zonder enige CO2-uitstoot, evenveel energie produceren als 7250 grote windmolens van 600 kW. Sluiting zou dus buitengewoon onverstandig zijn. Logischerwijze zou men dan ook de invoer van atoomstroom uit België en Frankrijk moeten stoppen èn politieke druk op die landen uitoefenen om hun kerncentrales te sluiten. Nederland handelt hier zeer hypocriet. Verder was de toename van het verbruik in 1997 ten opzichte van 1996 301 MW-jaar; dat vergt de extra inzet van een redelijk grote turbine óf 2500 windmolens – dat zijn er zeven per dag ! – met een ruimtebeslag van circa 6000 hectare, jaar in jaar uit. Lijkt u dat reëel? Zijn we nu écht stapelgek geworden?’ Waar komt het idee dan vandaan? Halkema: Als gevolg van het klimaatverdrag van Kyoto van 1997 moet het aandeel van duurzame energie in ons land groeien naar 5 procent in 2010 en 10 procent van het totaal in 2020, maar volgens het ECN is dat bij het huidige beleid volgens het «best guess-scenario» 3,7 respectievelijk 5,4 procent. Van het totale Nederlandse energieverbruik wordt overigens maar iets meer dan 10 procent gebruikt voor de opwekking van elektriciteit. Het totale gebruik was in 1997 circa 9. 132 MW-jaar, waarvan het opwekkingsrendement ongeveer 44 procent was. Zelfs duizend behoorlijke windmolens van 600 kW per stuk produceren met een gemiddelde productiefactor van 0,20 met elkaar slechts 120 MW per jaar ofwel 1,3 procent van ons jaarlijkse gebruik aan elektriciteit. Minder dan één-duizendste deel van het totale energiegebruik van Nederland. Nu bedraagt de uitstoot uit natuurlijke CO2-bronnen 95 tot 97 procent van het totaal en die door de mens dus 3 tot 5. Het is ondenkbaar dat Nederland door de plaatsing van windmolens daarop enige invloed kan uitoefenen. Het is bovendien de vraag, of de toenemende uitstoot van CO2 oorzaak of gevolg is van temperatuurstijgingen; die kan ook veroorzaakt worden door de al jaren durende verhoogde activiteit van de zon. Al die miljoenen kunnen beter besteed worden aan doelmatiger vormen van «duurzame energie». Ik wijdde daaraan een hoofdstuk. Hoe haalbaar zijn Noordzeemolens? Halkema: Die zullen een wat hogere productiefactor hebben dan landmolens, maar ze zullen ook nog veel duurder worden. Hoe die dingen regelmatig onderhouden moeten worden is mij een raadsel. Daarbij slaan de Von Münchhausen-verhalen van prof. Saris van het ECN in het Technisch Weekblad alles: een «stroomakker» met 81.000 molens waarvan er om de 46 seconden één moet worden nagezien, die onmogelijk onderling elektrisch kunnen worden verbonden en wier immens maximaal vermogen met geen mogelijkheid aan het Europese net kan worden aangesloten. Met dergelijke onzin worden hordes mensen om de tuin geleid. Op een brief aan ECN om technische uitleg kreeg ik taal noch teken. Verbaast mij niets.’
| |
aanvullingen | |