| |
Gerechtshof: gemeente moet loyaal zijn aan Ge Guido Zijlstra - 23.09.2005 16:12
Het stadsdeel Amsterdam Oud-Zuid is mede-verantwoordelijk voor de netelige positie waarin bewoners van de ‘Bakker-panden’ in de Henrick de Keijserstraat verkeren. Dat volgt uit een arrest van het Gerechtshof, in een zaak van projectontwikkelaar G.W. Bakker BV tegen de gemeente. Bakker vorderde dat de gemeente de bewoners actief uitplaatst naar andere woonruimte, óók als de bewoners dat zelf niet willen. De 64 sociale huurwoningen in de Henrick de Keijserstraat worden nu nog bewoond door circa 25 reguliere huurders, die weigeren te vertrekken. Bakker wil de woningen samenvoegen en verbouwen tot luxe koopappartementen, maar de bewoners weigeren te vertrekken. Bakker vindt dat de gemeente de bewoners een stadsvernieuwingsurgentie moet verstrekken, óók als die bewoners die urgentieverklaring zelf niet willen hebben. Met een urgentieverklaring komen de bewoners met voorrang in aanmerking voor vervangende huisvesting. Volgens Bakker heeft het stadsdeel Amsterdam Oud-Zuid een actieve rol gespeeld toen de eerste plannen voor de Henrick de Keijserstraat tot stand kwamen. Zelfs vóórdat hij de panden aankocht zou het stadsdeel Bakker er op hebben gewezen dat hij de huurwoningen in het complex om kon zetten in samengevoegde koopappartementen. Bakker mocht er daarom op vertrouwen dat de gemeente ten volle mee zou werken aan het project. Het is daarom niet redelijk dat de gemeente weigert de urgentieverklaringen te verstrekken, aldus Bakker. Het Gerechtshof lijkt dit standpunt te volgen. In haar arrest van eind augustus 2005 overweegt het Hof: “De plannen zijn in overeenstemming met het gemeentelijk beleid. Bakker is aan dit project begonnen in overleg, zo niet op instigatie van het stadsdeel en het stadsdeel heeft aan de plannen zijn medewerking gegeven. Het was de gemeente bekend dat uitvoering van de plannen uitplaatsing van de zittende huurders vergt. Een voorbehoud dat zij in geen enkel opzicht zou meewerken aan de gedwongen uitplaatsing van huurder heeft het stadsdeel niet gemaakt.” Hoewel de meeste deelraadsfracties in Oud-Zuid zich onomwonden hebben uitgesproken tégen gedwongen uitplaatsing van huurders heeft datzelfde stadsdeel aan de projectontwikkelaar kennelijk geheel andere signalen afgegeven. Een rechtstreeks gevolg daarvan is dat een zestigtal huurders vanaf november 2001 een verbeten strijd voeren voor behoud van hun woonruimte. Inmiddels is ruim de helft vertrokken; zo’n 25 achtergebleven huurders zetten de strijd binnenkort in de rechtszaal voort. Het Gerechtshof vindt dat de resterende huurders van de Henrick de Keijserstraat binnenkort alsnog bezoek moeten krijgen van de gemeente, die hen een stadsvernieuwingsurgentie zal aanbieden. Het Gerechtshof gaat echter niet zover dat de gemeente die urgentieverklaring ook aan de bewoners moet verlenen: het is wel degelijk aan de bewoners zelf om daar al dan niet voor te kiezen, aldus het Hof. Juist dat maakt de bezoekronde van de gemeente wat overbodig. De bewoners hebben immers al aangegeven dat zij geen behoefte hebben aan de verklaring en niet willen verhuizen. Het arrest van het Hof zal waarschijnlijk tot enige nervositeit leiden bij het stadsdeel Oud-Zuid. Bakker dreigt al jaren met juridische procedures en schadeclaims wanneer het stadsdeel onvoldoende meewerkt aan zijn plannen. Het stadsdeel probeert zich zoveel mogelijk op de vlakte te houden. Ze wil alsnog een neutrale positie innemen om vooral niet de schijn bij bewoners te wekken dat haar volkshuisvestelijk beleid – méér samenvoegen, méér koopappartementen - leidt tot gedwongen verhuizingen. De vraag is echter of het stadsdeel in deze zaak nog wel neutraal kán zijn. Het Gerechtshof vindt in ieder geval van niet: “Met Bakker acht het Hof de gemeente verplicht loyaal mee te werken aan de uitvoering van de plannen van Bakker,” aldus het arrest. E-Mail: g.zijlstra@huurteams.nl |
Lees meer over: wonen/kraken | aanvullingen | | |