Aan min de Geus tav Schipholbrand Astrid Essed - 21.09.2006 07:09
In zijn uitlatingen op Radio 1 tav de Schipholbrand en de ministeriele verantwoordelijkheidm getuigt minister de Geus niet alleen van een elementair gebrek aan humanitair invoelingsvermogen tav de slachtoffers van de Schipholbrand, tevens bagatelliseert hij de ministeriele verantwoordelijkheid en de brandgevaarlijkheid van celcomplex K Aan de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid de heer A.J. de Geus Geachte heer de Geus, Ik wil graag uw aandacht vragen voor het volgende: Ik heb met instemming kennisgenomen van het feit, dat u afstand hebt genomen van uw recentelijk voor Radio 1 gedane uitlatingen tav de door u veronderstelde oorzaken van de Schipholbrand, alsmede de ministeriele verantwoordelijkheid in dezen Aangezien ik er echter vanuit ga, dat u in uw functie als bewindsman een weloverwogen afweging zult maken mbt uw uitlatingen in de media, acht ik het van belang, nader in te gaan op de recentelijk door u gedane uitlatingen, die mi een weerspiegeling zijn van uw meningvorming tav de politiek-humanitaire implicaties van de Schipholbrand Tav de door u gedane uitlatingen: Meneer de Geus, ik heb met grote verontrusting kennisgenomen van de door u gedane uitlatingen tav de Schipholbrand In uw commentaar geeft u niet alleen blijk van uw ongenoegen tav de referentie aan de verantwoordelijkheid van uw betrokken collega-ministers, eveneens wijst u, vooruitlopend op enig gerechtelijk vonnis, de Libische verdachte van de Schipholbrand, als verantwoordelijke voor de Schipholbrand aan Met dergelijke door u gedane uitlatingen getuigt u niet alleen van een elementair gebrek aan humanitair invoelingsvermogen met de slachtoffers, eveneens maakt u, kennelijk niet gehinderd door een aantal reeds bekend zijnde feitelijkheden rond de brandonveiligheid van het cellencomplex, zich schuldig aan bagatellisering van de verantwoordelijkheid van de betreffende ministers. A Gebrek aan elementair humanitair invoelingsvermogen Opvallend is in de eerste plaats, dat u in uw uitlatingen in het geheel niet refereert aan de ernstige sociaal-humanitaire gevolgen van de Schipholbrand Mag ik u in herinnering brengen, dat hierbij 11 mensen om het leven gekomen zijn, vijftien gewond geraakt zijn van wie sommigen ernstig en dat een groot aantal overlevenden te kampen heeft met ernstige traumatische verschijnselen? Zie http://www.vanhartepardon.nl/artikelenview.php?artid=1160 Het is u dan ook in ernstige mate verwijtbaar, dat u de ramp slechts als een ''rotstreek'' [uw bewoordingen] aanduidt en geheel voorbijgaat aan het ernstige humanitaire leed tav slachtoffers, overlevenden en nabestaanden B Feitelijkheden tav brandoorzaken en ministeriele verantwoordelijkheid In de tweede plaats blijkt uit uw reactie ergernis vanwege het feit, dat door individuen en sociaal-maatschappelijke groeperingen de verantwoordelijkheid van de Schipholbrand voor een belangrijk gedeelte gelegd wordt bij zowel de voor de verantwoorde bouwconstructies [minister Dekker, zijnde minister van VROM] verantwoordelijke minister, alsmede voor de gedetineerdendetentie in het algemeen en de vreemdelingendetentie in het byzonder verantwoordelijke ministers Donner en Verdonk In dit verband wil ik u op een aantal feiten en onderzoeken, waaruit in ieder geval de conclusie getrokken kan worden, dat genoemd cellencomplex K in ernstige mate aan brandgevaarlijkheid onderhevig was 1 Snelle verspreiding van het vuur Zo heeft de hoogleraar Veiligheid [T.U, Delft] en directeur van het NIBRA [Nederlands Instituut voor Brandweer en Rampenbestrijding] de heer Ale, er kort na de Schipholbrand [NRC, dd 28-7] op gewezen, dat, althans wanneer er geen sprake is van automatische celontgrendeling [op Schiphol-Oost was sprake van handmatige ontgrendeling] de cellen in ieder geval voorzien dienen te zijn van brandwerende muren, waardoor de brand pas na een half uur overslaat naar een andere cel Een en ander was, door het snelle overslaan van het vuur, duidelijk niet het geval Zie http://www.26000gezichten.nl/news.php?id=100 2 Onderzoeksraad voor de Veiligheid Tussentijds bericht onderzoek brand cellencomplex Schiphol-Oost dd 9-12-2005 Hoewel er reeds een aantal conclusies vallen af te leiden uit de eindrapportage van het ingetselde onderzoek door de Onderzoeksraad voor de Veiligheid, wil ik hierop niet vooruitlopen Wel wil ik verwijzen naar het bovenvermelde tussentijds onderzoek dd 9-12, waarin gewaarschuwd wordt voor een aantal brandgevaarlijke aspecten van het betreffende cellenblok K, die o.a. debet zijn geweest aan de uitslaande Schipholbrand dd 27-10 Zie hiervoor de betreffende rapportage http://www.onderzoeksraad.nl/nieuws/pb20051209.pdf 3 Onderzoek naar 5 andere gevangenissen Dat een en ander niet op zichzelf staat, blijkt wel uit de conclusie van drie inspectiediensten, die na de Schipholbrand een onderzoek instelden naar andere penitentiaire inrichtingen, waar containerbouw is toegepast Als conclusie werd getrokken, dat tenminste 5 gevangenissen, waaronder Kamp Zeist [eveneens een uitzetcentrum annex centrum voor ''reguliere'' gedetineerden], niet aan de eisen van brandveiligheid voldeden Zie http://www.volkskrant.nl/binnenland/article350904.ece/Cellen_niet_brandveilig_genoeg C Ministeriele verantwoordelijkheid Meneer de Geus, ik behoef u er niet op te wijzen, dat, verantwoordelijk voor de veiligheid van bouwconstructies van woon en detentieruimten enerzijds [minister Dekker van VROM] en voor de veiligheid van gedetineerden in ''reguliere'' en vreemdelingendetentie anderszijds [de ministers Donner en Verdonk], genoemde ministersm bij ontstentenis van de veilige bouwconstructies en brandgevaarlijke aspecten van de bouw, bij een dergelijke calamiteit, voor hoofdverantwoordelijk gehouden dienen te worden Ik acht het u dan ook zeer verwijtbaar, dat u een dergelijke ministeriele verantwoordelijkheid bij uw collegae tracht te bagatelliseren D De van brandstichting verdachte Libische verdachte Stuitend acht ik tenslotte het feit, dat u de verantwoordelijkheid voor de Schipholramp hebt trachten te leggen bij de Libische verdachte van brandstichting Nog afgezien van het feit, dat enig humanitair medeleven deze man, die eveneens ernstig brandwondenletstel heeft opgelopen, past, is er nog geen sprake van een gerechtelijk vonnis, dat uw uitlatingen staaft Maar nog afgezien daarvan, is het evident, dat ook wanneer van bewuste brandstichting sprake zou zijn geweest, de hoofdverantwoordelijkheid hiervooor op conto van genoemde ministers komt Bij een brandveilige situatie namelijk was het, ook bij brandstichting, niet mogelijk geweest, dat het vuur zich zo snel had kunnen verspreiden Meneer de Geus, ik heb het gewaardeerd, dat u hebt toegegeven, voorbarig geweest te zijn in uw uiitlatingen en in uw tweede verklaring de Schipholbrand hebt gekarakteriseerd als een ''afschuwelijke ramp'' Ik spreek echter eveneens de hoop uit, dat u, gezien tegen het licht van de feiten tav de brandgevaarlijkheid van het cellencomplex, in volgende uitlatingen, de ministeriele hoofdverantwoordelijkheid voor een dergelijke calamiteit zal mogen erkennen, alsmede een elementair humanitair respect zult kunnen opbrengen voor de slachtoffers van dit sociaal-maatschappelijke drama Een en ander mag verwacht worden van de minister van een land, dat pretendeert, respect te hebben voor de universele humanitaire rechtsprincipes Vriendelijke groeten Astrid Essed |